De stadstoren
De karakteristieke stadstoren naast de Nederlands Hervormde Kerk in Oudewater is een bakstenen
bouwwerk. De toren bestaat - zoals dat heet - uit vier geledingen, die duidelijk aan de
buitenkant herkenbaar zijn. Opvallend is dat de toren niet vierkant, maar rechthoekig is. In de
onderste geledingen vinden we Romaanse kenmerken terug, terwijl de bovenbouw gekenmerkt wordt
door gotische details. De gevels zijn vrij rijk versierd met tufstenen "cordonlijsten" en
bakstenen "traceringen". De tweede en derde geleding zijn voorzien van "lisenen met een
spitsboogfries". Heel apart is de openbare onderdoorgang in de voet van de toren, mét een
bedelbankje. Vanaf die positie konden de armen de kerkgangers bij het verlaten van de kerk
aanklampen.De toren heeft - zeker voor deze streek - een uniek uiterlijk, vooral vanwege de
afdekking met een zadeldak. Dit is verder alleen in de noordelijke provincies terug te vinden.
Dit dak is des te unieker, omdat de nok ervan dwars op de as van de kerk staat. Aan beide
uiteinden heeft het een schuin eindvlak, een zogeheten wolfseind. In vaktermen spreken we ook
wel over een "gewolfd zadeldak". Deze ingewikkelde kapconstructie is nog helemaal oorspronkelijk
en is dus in die zeven eeuwen qua uiterlijk niets veranderd. Oudewater kan er prat op gaan dat
deze torenkap een van de oudste, zo niet de oudste en meest originele van ons land is.
De bouw van de standstoren naast de huidige Nederlands Hervormde St. Michaëlskerk startte
vermoedelijk omstreeks 1300. Men neemt aan dat deze toren allereerst als verdedigingswerk is
gebouwd en met zijn voeten in de stadswal heeft gestaan. De kijkgaten in alle richtingen op alle
geledingen van de toren wijzen daarop. We mogen overigens van geluk spreken dat de beschietingen
in 1349 en 1575 de toren geen schade hebben berokkend. In 1601 vond een verbouwing plaats aan de
toren. Er werd toen in het oostelijk dakvlak een dakkapel aangebracht, speciaal voor het
klokkenspel.
Zo'n driekwart eeuw geleden werden er al in de jaren twintig reeds flinke onderhoudswerkzaamheden
aan de toren gedaan, evenals in de periode 1954 - 1956. In het begin van de jaren zestig volgde
een torenrestauratie, waarbij alle middeleeuwse onderdelen met respect werden hersteld. In 2000
was het wederom zover. In klein teamverband werd in een constructieve en plezierige sfeer samen
met de Rijksdienst voor de Monumentenzorg gezocht naar de meest waarheidsgetrouwe oplossingen,
handelend in de geest van weleer. De kosten van deze laatste renovatie bedroegen maarliefst ruim
€500.000,00. Voor dit bedrag moet de toren, met uitzondering van klein onderhoud, zeker weer
zo'n 40 jaar vooruit!
In de toren bevindt zich de oorspronkelijke eiken klokkenstoel met vier luidklokken. De oudste
klokken dateren van 1500. Daarnaast heeft de toren reeds vanaf 1601 een carillion. Dit
klokkenspel werd, in navolging van vele steden die zichzelf respecteerden, aangeschaft ook al
was de toren verre van een ideale beiaardtoren. Vandaar de oplossing om de speelklokken onder te
brengen in een speciaal daarvoor gebouwde uitbouw. Op die manier kon het geluid vrij uitklinken
terwijl het zadeldak kon worden behouden. In de Tweede Wereldoorlog werd het eeuwenoude
carillion, hoofdzakelijk afkomstig van de Utrechtse klokkengieter Gerrit Both, door de bezetters
gevorderd. Na de oorlog kon het worden achterhaald, maar werd het als muzikaal onbruikbaar
bestempeld en opgeslagen. Het blijft echter in de kerkruimte opgesteld, omdat het deel uitmaakt
van het rijksmonument. Het oudste klokje, het zogeheten Vrouwenklokje, is zelfs al in de
veertiende eeuw gegoten!
In 1950 werd een nieuw gegoten carillion van 35 klokken aangeschaft. Dit werd in 1968 verder
uitgebreid tot 49 klokken - dankzij de vele giften van de eigen bevolking. Het carillion hangt
sindsdien in de dakkapel aan de stadszijde van de toren. Inwoners en bezoekers van Oudewater
kunnen ieder kwartier van de heldere en harmonieuze klanken genieten. Renovaties en aanpassingen
aan dit "nieuwe" klokkenspel volgden in 1964 - 1965 en in 1997. Bij de restauratie in 2000 is
alleen de staalconstructie geconserveerd. Heeft u de stadstoren wel eens van een andere kant
bekenen? Bijvoorbeeld van boven naar beneden? Het is aan te raden. Staat uw conditie een fikse
beklimming van de steile trappen niet in de weg, ga dan mee met een torenbeklimming van
Toeristisch Informatiepunt (TIP) Oudewater. U krijgt dan uitleg over de geschiedenis van de
stadstoren en - als beloning - het fraaie uitzicht over stad en landelijke omgeving. Het is meer
dan de moeite waard! De data van de torenbeklimmingen worden bekendgemaakt in het
huis-aan-huisblad De IJsselbode. Of kijk op: www.oudewater.net
Door: P.G. Knol, Gemeente Oudewater, "Stadstoren Oudewater als herboren"; Publicatie n.a.v. de restauratie van de stadstoren in 2000.